U bent hier

De waterweg



Glimmende wangen.

Zoute haren, gouden huiden.

Dat het zand hoort bij de zee. 

Geen ontkomen aan.



Zwemmende armen. 

Dat je verder mag komen. 

Drijvend in de zoute zee.



Golvende wateren.

Eb en vloed.
Hevig.

Te water laten.

Varen zoals op rivieren.

Met alle golven bijkomend.

De drijfveren.

Dat het allemaal in gang mag worden gehouden.



Huid op zee.

Huid in water.

Onder water.

Dan neemt de onderwater wereld je mee.

Dat je als vissen kan zijn.

Daar kun je zwemmen.

En dan zijn er al die bloemen onderzee.

Onderwater.

De bodem.

Diep beneden. 



Leid mij door de waterweg.

Door de stroom van de zee.

Dat de golven je wegwijs maken.

Dan zwem je en leiden de golven je heen.

Dat je wonderlijk zuiver en helder kan wezen.

Zoals de allermooiste zee.

Draag dan die wondermooie schoonheid met je mee.

© Annelies Herikhuisen, 2018