een golf loopt over een andere golf
zij zucht als zij het strand bereikt maar rusten
nee dat doet zij niet verdwijnt achteruit de zee in
tot de volgende golf haar opneemt
zij glijdt mee het zand in en laat haar handtekening
achter in een lange lijn van in elkaar vloeiende woorden
en zinnen alsof ze mij vraagt wie ben jij
die langs de vloedlijn wandelt
en zoekt naar een noordkromp
ganzen lachen boven het zoute water
een platte oester laat zich vinden