Bos, kon ik hier maar wonen
In een tent of hut
of kuil met mos als dak
bladeren en takken,
vallend, groeiend, ongehaast
Bos, jouw kracht is eeuwigheid
Je danst met regen en zon
je geeft en neemt
je sterft
en baart
Bos, je lacht ons dwaze mensen uit
Je streeft niet, maar ademt
zingt en leeft
en alles komt goed,
niet te laat, niet te vroeg, zoals het gaat