straks zal ik de fijne druppels
uit mijn ogen wrijven
mezelf doorzichtbaar
achterlaten en
wild besprongen worden
door een regenbui
mijn auto laten drijven in het bad
terwijl ik zink, de radio miauwt
mijn kater satert van verdriet
een zeepje venus schittert
in een blauwe schelp
dan zal ik weten waarom
gebroken glazen
nog eens op de grond belanden
snelheidsboetes vol vertraagde afbetaling
wachten op de schouw en
zoveel nonsens helpen
niets meer dan cabaret
nu ik gordijnen open
de zon in volle glorie zie
en mooi gezeemde ramen