U bent hier

Vonk

Onzichtbare handen
smeten onze levens
als vuursteentjes
tegen elkaar.

De voedingsbodem was rijk.
De vlammen gulzig,
escalerend tot een
woedend inferno.

Onze tranen konden
het niet blussen,
olie op een vuur van kussen.
We verbrandden in het water.

Er is niks meer over.
Zoals vroeger de wind
speelde met mijn haar,
speelt hij nu met mijn as.

Er is alleen nog maar
vruchtbare grond.

© <auteur geanonimiseerd>, 2024