U bent hier

Soort

Mijn overtal taal verprutst de boel.
Ik wil zwijgen, niet gezegd krijgen.
In die mate ontzegd zijn, dus,
dat mijn vloeken kan fluisteren.

Mijn wenen en niet wenen verpak ik eigenhandig.
Nu eens in verklaren, verderop in verantwoorden.
Ook mijn luisteren is iedere keer in tekst verslenst.

Vogels en tuinkruiden
behouden voor eeuwen
zorgeloos hun eigen aard.
Zoveel langer dan een mens
zich voor zijn soort kan inbeelden.

Wat doet dit laatste wezen anders
dan zich voortdurend verbazen?

Met enkel en alleen taal
om aan te raken.

© Haro Waden, 2017