U bent hier

Slechtnieuwsbrenger

Mijn ogen toe,
de schokken van de trein
vervoeren me van jou naar verder.
Achterkanten van huizen razen voorbij,
vergeten kleren aan balkons
en speelgoed in een achtergelaten tuin.
Muziek houdt mijn gedachten stil.

M’n tas vol spullen,
die ik niet nodig heb
maar me wel dierbaar zijn,
en ik er niets mee doe
maar ze wel koester,
eraan denk,
zoals een herinnering
of als die kus,
en hoe ik al vergeten ben
met welke woorden,
ik toen vaarwel heb gezegd.

Je hangende schouders,
toen ik zei dat er een einde was,
ook als liedjes niet lang zijn, of mooi,
het gekraak in mijn stem en een krop in de jouwe
en hoe ik in jouw ogen zag dat de grond onder je wegzakte,
je lichaam zich neerplofte in de gamestoel die zachtjes op en neer veerde,
en het zweet aan je handen kleefde alsof het tranen waren,
alsof er ooit weer tranen zouden zijn,
en ik de trein terug,
of verder.

© Karen, 2020