U bent hier

Je vader zien sterven

Je vader zien sterven

De sleutel in het slot steken.
Huis binnen gaan.
Gang door lopen.
Slaapkamer passeren.
Wc passeren.
Woonkamer binnen gaan.

Je vader in bed zien liggen.
In een luier.
Zijn haar door de war zien zitten.
Je vader onverstaanbaar horen brabbelen.
Met een baard van vier maanden.
Naar hem toe lopen.

De koude huid voelen van zijn hand.
Proberen te verstaan wat hij zegt.

Proberen
Proberen
Proberen

Brabbelen
Brabbelen
Brabbelen

Laat maar.

Schoon laken.
Schoon T-shirt.
Schone luier.
Zijn haren kammen.

Blij zijn dat je jezelf nuttig kunt maken.
Schone kussenslopen om de kussens doen.
Rozenolie opsmeren.
Benen- en voetenbalsem opsmeren.
Proberen niks raars te voelen bij het aanraken van zijn voeten.

Proberen
Proberen
Proberen

Jezelf verbazen over hoe makkelijk het gaat.
Zijn voeten aanraken.

Concluderen dat je niet weet hoe dit moet.
Je vader zien sterven.

Zijn hand nog een keer vastpakken.
Afscheid nemen.
Door zijn haar aaien.
Hem een kus geven.
En nog één.
Weer concluderen dat je niet weet hoe dit moet.

‘Slaap lekker lieve papa’ zeggen.
‘Tot later’.
(Denken: of tot misschien wel nooit weer)
Tegen je tranen vechten.
Een knuffel krijgen van de verpleegster.
De deur uitlopen.
Sigaret opsteken.
Broer en zusjes updaten.
Auto starten.
Tranen over je wangen voelen rollen.
Nat en warm.
Koppeling laten opkomen.
Gas geven.

Concluderen dat je wél weet hoe dit moet.
Autorijden.

© <auteur geanonimiseerd>, 2024