U bent hier

Dieptes

De dieptes van zwembaden en rivieren
bewaren geheimen van vissen en weekdieren

De varenden:
ze dragen in de luwte van hun hand wat nooit mag doven:
een lucifer, een fakkel, een lamp
het drijven is zwaar
er wandelt niemand
het oppervlak van water is dunner dan ijs
de zuigkracht van diepte is allesomvattend
ook zij zinken
op de lange duur

Wat bewaart het best: de lucht omwindend of het water alom?
vol vergeten historie
de sporen gewist
het verdwijnen in overvloed

Ik bezocht mijn moeder zonder moedermelk
de avond zal de morgen niet meer inhalen
ook zij wacht steeds vroeger op de nacht
naast de foto van mijn vader op het dressoir
alleen daar, voor haar

Mijn geliefde
al slapend heb je mij uit je schoot geworpen
voor jezelf ben je nu alleen, zonder geluid
je wacht, je wacht
je hebt je dag verspild, wachtend op de nacht als op een vrijer
wat een spilzucht!
of in de waan:
je nazwangerschapsbuik, nu een overdaagse ballon,
die zich weer opspant tot een volgeblazen jongemeisjeswang

De nacht is zoet, warm
het donker is onze pels

Als we niet opletten – geen klok die ons wekt! – blijven we slapen
(een nacht te veel brengt vergetelheid van licht, is fataal)
terend op dagen van weleer waarin we verschroeiden in zonlicht
onze pigmentloze huid, onze witblinde ogen
onze nachten aaneengeregen
ik hang je een snoer van zwarte parels om je albasten hals

Ons licht is donker
de nacht is durend
zo lang slapen we al – verdrinkend in het donker – in een ijltempo,
langer dan Methusalem in dagen

Het dient gezegd:
we waren wachtenden, geen wakers
we hadden het nooit meegemaakt
dat de gevallen bladeren vlinders werden
we waren niet genoopt, niet medeplichtig
we ontkenden alle verantwoordelijkheid

Wel is waar:
we hadden een verleden van licht
het tolde
lang nog draaide de zon rondjes in mijn hoofd, verzonk in mijn achterhoofd:
mijn ondergang kleurde rood tot violet
geen landschapsschilder hield het bij, geen Ruisdael, geen Turner

Hoe kunnen wij het ontwaken verwachten?
dat we als vliegende vissen het water verlaten?
dat we ons ontvillen van de nacht?

We hebben geen bestaan
niet meer dan wat verlopen figuren in het labyrint van de literatuur
(door welwillende lezers tot leven gewekt)
bij voorkeur wat gekke stripfiguren
(het kijken wat minder zwaar dan het lezen)
Welke gag blaas ik in mijn tekstballonnetje?

© Eric Deprez, 2022