Zijn lange haar, vormeloos als het loof van bospeen
in de kleur van onbewerkt gember,
waaiert voor zijn ogen als hij
zijn gitaar pakt en stemt;
zijn onverzorgde vingers met rouwranden
onder de nagels bewegen ritmisch
terwijl uit zijn gitaar klassieke muziek komt,
het Concerto de 'Aranjuez van Joaquin Rodrigo;
in het winkelcentrum achter hem
is het een gaan en komen van winkelend publiek,
velen staan even stil om te luisteren
en gooien muntjes in de daartoe bestemde hoed;
na een uur of wat stopt hij, stopt
het opgehaalde geld in een portemonnee,
verdwijnt het winkelcentrum in
en koopt zijn eten voor die avond.