U bent hier

Als ik later dood ben

Als ik later dood ga
dan wil ik mooie,
afgezaagde muziek,
witte en donkerrode rozen
en één elegante orchidee.

Ik wil kaarsen,
heel veel kaarsen,
voor ieder één.
Lange witte, die aan worden gestoken
als mijn kist zijn entree maakt.

Er worden gedichten
voorgedragen, muziek gespeeld,
en verhalen verteld:
grappige, schone anekdotes,
van het leven dat eens was.

Niemand draagt een spijkerbroek,
iedereen draagt zwart.
Chique en stijlvol
zal het afscheid zijn,
anders hoef je niet te komen.

Als elegantie klinkt, word ik
naar buiten gedragen,
de ceremonie sluit af,
en ieder die ik passeer blaast dan
mijn laatste licht uit.

Een laatste gedicht,
nog voor ik de grond inga.
Met rode rozen op mijn kist,
alleen van mijn naasten en een hand
aarde, van ieder die om mij gegeven heeft.

Als ik later dood ga
dan word ik begraven
bij een grote, sterke eikenboom
die mij beschermt van regen
en bij hitte een schaduw geeft.

Als ik later dood ben
dan leest er op de grond:
lach
en kijk naar boven
waar er leven is.

© S. van Emmerik, 2017